Borstkanker
Op basis van de volgende drie onderzoeken wordt de diagnose borstkanker gesteld:
- Lichamelijk onderzoek. Het borstonderzoek en onderzoek van aangrenzende lymfklieren bestaat uit inspectie en palpatie.
- Radiologisch onderzoek. Dit bestaat uit het uitvoeren van een röntgenfoto (mammografie) en een echografie-onderzoek van de borst en lymfklieren in de oksel. Een MRI-scan kan nodig zijn bij sommige patiënten.
- Histopathologisch onderzoek (microscopie). Dit is het laboratorium onderzoek van het borst en tumorweefsel nadat dit is verwijderd. Dit gebeurt door middel van een biopsie, waarbij een stukje weefsel met behulp van een naald wordt weggehaald en onder de microscoop wordt onderzocht door de patholoog. De diagnose borstkanker kan hiermee worden bevestigd en er kan meer bekend worden over de eigenschappen van de kanker.
Stadiëring
Artsen gebruiken stadiëring om het risico van de ziekte en de prognose voor de patiënt te bepalen. Hiervoor wordt het TNM stadiërings systeem gebruikt. De combinatie van de tumorgrootte (T) en ingroei in omliggend weefsel, betrokkenheid van de lymfklieren (N), en uitzaaiingen van de kanker (M) naar andere organen, delen de kanker in in één van de volgende stadia. Het kankerstadium is van uiterst belang voor de behandelkeuze. Hoe minder vergevorderd het stadium, des te beter is de prognose.
De verschillende stadia van borstkanker:
Stadium 0: De abnormale cellen zijn nog beperkt tot de melkgang waar zij oorspronkelijk gevonden werden
Stadium 1: De tumor is kleiner dan 2 cm en slechts kleine groepjes kankercellen zouden gevonden kunnen worden in de lymfklieren.
Stadium 2: De tumor is kleiner dan 2 cm mét uitzaaiingen naar de lymfklieren in de oksel, of de tumor is tussen de 2 en 5 cm groot zónder uitzaaiingen naar de lymfklieren in de oksel.
Stadium 3: De tumor kan variëren in grootte maar:
- Is doorgegroeid tot in de borstwand of de huid van de borst.
- Is uitgezaaid naar ten minste 10 lymfklieren in de oksel of de lymfklieren zijn met elkaar verbonden of in andere structuren ingegroeid.
- Is uitgezaaid naar de lymfklieren bij het borstbeen.
- Is uitgezaaid naar de lymfklieren boven of onder het sleutelbeen.
Stadium 4: De borstkanker is uitgezaaid naar andere organen in het lichaam, meestal de botten, longen, lever of hersenen. Deze uitzaaiingen worden metastases genoemd.
Resultaten van de biopsie
De uitkomst van het histopathologisch onderzoek van het tumorweefsel na biopsie bestaat uit:
- Histopathologisch type
Het vaststellen van het type tumor is gebaseerd op het type cellen waar de tumor uit bestaat. Borstkanker ontstaat meestal de melkgangen en melkklieren. De belangrijkste typen borstkanker zijn het ductaal (melkgang) carcinoom en het lobulair (melkklier) carcinoom. Het onderzoek zal ook de tumor classificeren als invasief (met ingroei) of non-invasief (zonder ingroei). - Tumorgraad
Het vaststellen van de tumorgraad is gebaseerd op de diversiteit van de tumorcellen, de architectuur van het weefsel en de hoeveelheid celdelingen van de tumorcellen. Een goed gedifferentieerde tumor (graad 1) heeft een lage diversiteit van cellen, bewaarde architectuur van het weefsel en weinig celdelingen. Een ongedifferentieerde tumor (graad 3) heeft veel diversiteit, verlies van architectuur en veel celdelingen. Een gemiddeld gedifferentieerde tumor (graad 2) zit hier tussen in. Hoe lager de tumorgraad, des te beter de prognose van de patiënt. - Hormoon (oestrogeen en progesteron) receptor status
Tumorcellen kunnen receptoren hebben voor oestrogeen en progesteron op het celoppervlak of in de cel. Sommige tumorcellen hebben veel van deze receptoren. Dit betekent dat hun groei en vermenigvuldiging worden gestimuleerd door hormonen (hormonale borstkanker). Tumoren met veel oestrogeen (ER+) en/of progesteron (PR+) receptoren hebben een betere prognose dan tumoren zonder deze receptoren (ER-/PR-). - HER2 status
HER2 is een eiwit op het oppervlakte van cellen dat in 20% van de borstkanker tumoren aanwezig is. Het eiwit is betrokken bij groei en migratie van cellen. - Ki-67 labelling index
Ki-67 is een eiwit dat alleen gevonden wordt in celkernen wanneer zij zich delen, maar niet als ze in rust zijn. Het percentage cellen waarin Ki-67 wordt gevonden is een maat voor de proliferatie (delingsactiviteit) van de tumor. Tumoren met een hoge delingsactiviteit groeien sneller en hebben een slechtere prognose dan langzaam groeiende tumoren. Maar tegelijkertijd reageren snel groeiende tumoren beter op chemotherapie.
Een ander zeer belangrijk onderdeel van het histopathologisch onderzoek (microscopie) na de operatie is het beoordelen of de tumor volledig is verwijderd. Dit wordt gedaan door te onderzoeken of de microscopische randen van de tumor volledig worden omgeven door gezond weefsel in het preparaat dat verwijderd is. Dit wordt gerapporteerd als negatieve snijranden (waarschijnlijk is de gehele tumor verwijderd) of positieve snijranden (waarschijnlijk is de tumor niet volledig verwijderd) van het operatiepreparaat.
Intrinsieke soorten borstkanker (subtypes)
Borstkanker subtype | Hormoonreceptor status | HER2 status | Ki-67 status |
Luminal A | ER+ en/of PR+ | HER2 negatief | Laag (<14%) |
Luminal B Her2 negatief | ER+ en/of PR+ | HER2 negatief | Hoog |
Luminal B Her2 positief | ER+ en/of PR+ | HER2 positief | alle |
HER2 positief non-luminal | ER- en PR- | HER2 positief | alle |
Triple negatief | ER- en PR- | HER2 negatief | alle |